Energie produceren
Pocketvergisting
Pocketvergisting
Wat is het?
Kleinschalige vergisting of pocketvergisting is een technologie waarmee bedrijfseigen biomassastromen (bv. mest) worden vergist om op het landbouwbedrijf hernieuwbare energie te produceren. Na verbranding van biogas in een warmtekrachtkoppelingsinstallatie (WKK) wordt energie onder de vorm van elektriciteit en warmte geproduceerd. Ook de vergiste biomassa of het digestaat kan verder op het bedrijf gebruikt worden als meststof.
Indien slechts één type biomassa wordt ingenomen, wordt er ook wel van monovergisting gesproken. Als er meerdere types biomassa in de vergister komen, spreekt men van co-vergisting. Installaties met een elektrisch vermogen dat lager is dan 10 kW, dragen ook de naam microvergisters.
Waarom pocketvergisting?
Kleinschalige vergisting helpt de land- & tuinbouwer om meer zelfvoorzienend te zijn op vlak van energie en op die manier minder afhankelijk te zijn van de prijzen op de energiemarkt.
Ten aanzien van andere productiemogelijkheden voor hernieuwbare energie (zoals zonnepanelen en windmolens) heeft vergisting het voordeel dat de energie doorheen de dag continu en stuurbaar kan geproduceerd worden.
Bovendien wordt pocketvergisting in Vlaanderen ook als klimaatmaatregel aanzien o.m. omdat er broeikasgasemissies uit de mestopslag vermeden worden. Daarom wordt pocketvergisting ook genoemd in het Vlaams Energie- en Klimaatplan 2021-2030 als techniek om emissies bij mestopslag te verminderen en groene warmte en stroom te produceren.
Hoe werkt het?
Biogas wordt geproduceerd uit biomassa door een biologisch fenomeen: anaerobe vergisting. Anaeroob betekent dat het proces plaatsvindt in een zuurstofarme omgeving. Het organisch materiaal in het substraat wordt verminderd en omgezet in biogas door micro-organismen.
Wie zich verder wil verdiepen in de technische aspecten van vergisting kan module 1 van de publicatie “Kleinschalige vergisting” raadplegen.


Wetgeving
Subsidies
Bij een investering in kleinschalige vergisting zijn er ook een aantal subsidiemogelijkheden:
- Groenestroomcertificaten of GSC (per MWh geproduceerde elektriciteit) vanaf installaties met een geïnstalleerd elektrisch vermogen >10 kWe
- Warmtekrachtcertificaten of WKC (per MWh primaire energiebesparing) ) vanaf installaties met een geïnstalleerd elektrisch vermogen >10 kWe
- VLIF-steun voor randinfrastructuur bij de pocketvergister (niet voor de installatie zelf!). Bekijk de lijst met subsidiabele onderdelen hier.
- Eenmalige investeringssteun voor installaties met een geïnstalleerd elektrisch vermogen < 10 kWe
- Verhoogde eenmalige investeringsaftrek (enkel bedrijven met btw-boekhouding)
- Steun voor het inwinnen van energie-adviezen (indien u zich verder wenst te laten begeleiden)
- Kleinere installaties van max. 10 kW mogen nog tot 31/12/2020 inschrijven op het terugdraaiende teller-principe. U kunt hier dan nog 15 jaar gebruik van maken. Hierdoor heeft de geproduceerde elektriciteit dezelfde financiële waarde als de aangekocht elektriciteit. Indien er een terugdraaiende teller is, moet er wel een prosumententarief betaald worden.
Meer informatie over deze subsidies vind je terug via module 3 van de publicatie “Kleinschalige vergisting”.
Rendabiliteit
Via module 4 van de publicatie “Kleinschalige vergisting” kun je zelf een screening doen om te zien of vergisting op jouw bedrijf interessant kan zijn. Voor meer gedetailleerde info kun je steeds terecht bij info@inagro.be.
Alvorens je overgaat tot een investering kan het nuttig zijn deze tips door te nemen. Om bovendien het maximale uit de installatie te halen worden in module 2 van de publicatie “Kleinschalige vergisting” enkele praktische tips opgesomd.
Wat is er op de markt?
Momenteel zijn er twee constructeurs die dergelijke installaties aanbieden in Vlaanderen. Gekeken over gans Noordwest-Europa zijn er echter nog heel wat aanbieders die ook inzetten op de kleinschalige markt.
Een aantal recente praktijkvoorbeelden werden opgelijst in module 6 van de publicatie “Kleinschalige vergisting”.
Mest wordt digestaat
Inagro, Boerenbond & Bodemkundige Dienst België volgden in de periode 2012-2013 tien pocketvergisters op en namen daarbij tweemaandelijks stalen van digestaat en runderdrijfmest. We stelden vast dat het droge stof- & organische stofgehalte afnam met zo'n 31 en 35%, de pH steeg gemiddeld 0,8 bij digestaat t.o.v. mest. Het gehalte aan ammoniakale stikstof nam toe met 0,4 eenheden, terwijl het totale stikstofgehalte licht afnam met 0,3 eenheden. Digestaat is m.a.w. vloeibaarder en bevat qua samenstelling iets meer werkzame stikstof, terwijl een klein deel van de totale stikstof verdwijnt. De pH ligt iets hoger waardoor het aangewezen is om het digestaat in te werken zodat vervluchtiging wordt tegengegaan. Andere parameters zoals fosfor, calcium, magnesium, natrium, ... bleven nagenoeg gelijk in digestaat t.o.v. runderdrijfmest.

Nieuwe concepten
Tot op heden komt pocketvergisting voornamelijk voor op melkveebedrijven. Het VLAIO LA-project Pocket Power onderzocht hoe deze technologie kan uitgebreid worden naar andere sectoren, zoals bv. de varkenssector en de groentesector. Zeker de varkenssector lijkt zeer veel potentieel te hebben. Meer informatie over de uitbreiding naar andere sectoren kun je terugvinden via module 5 van de publicatie “Kleinschalige vergisting”.
Het project Pocket Power (partners: Inagro en Universiteit Gent) wordt gefinancierd door het Agentschap Innoveren & Ondernemen (www.vlaio.be), met financiële steun van: Boerenbond, ABS, Biolectric, Continental Energy Systems, Innolab, Vermeulen Construct, United Experts, Biogas-E, Inverde en VLACO.